Vergelijking van media (1 lesuur)

Thematisch ontwerp

De leerlingen vergelijken verschillende berichten uit Nederland en/of Duitsland over een onderwerp en beoordelen hoe serieus deze zijn.

Daarvoor werden de volgende onderwerpen gekozen:

AstraZeneca stop: Vanwege bijwerkingen in de vorm van trombose is de vaccinatie met het coronavaccin van AstraZeneca in Duitsland en Nederland gestopt.

Twitter hack: In juli 2020 werden de Twitter-accounts van verschillende Amerikaanse beroemdheden en politici gehackt. Als gevolg hiervan werden tweets namens hen geplaatst waarin gebruikers werden gevraagd geld over te maken.

De geselecteerde artikelen zijn van het voorjaar van 2021. Per onderwerp werden zes berichten (3 Nederlandse, 3 Duitse) gekozen.
Voor de opdracht kunnen ook andere onderwerpen worden gekozen.

De opdracht kan op drie verschillende manieren worden uitgevoerd. De drie versies verschillen vooral van groepsindeling en de verdeling van de verschillende teksten.

In het vreemdetalenonderwijs of met leerlingen die beide talen spreken, kan een vergelijking van Duitse en Nederlandse berichten plaatsvinden. Zonder taalkennis van de andere taal kan de opdracht alleen worden uitgevoerd als een vergelijking van de binnenlandse media.

In het geval dat er geen computers met internettoegang voor de leerlingen zijn, liggen screenshots van de websites als PDF-document gereed. Het is echter aan te raden om de leerlingen de opdracht online uit te laten voeren, zodat ze een authentieke indruk krijgen van het betreffende medium.

De leerlingen...

• kunnen hun eigen mediagedrag benoemen.
• kennen verschillende vormen van berichtgeving.
• kunnen serieuze en minder serieuze berichten herkennen.
• kennen verschillende media van het eigen en het ander land.

 

1. Voorbereiding
geen

2. Introductie

Leerdoel:
De leerlingen kunnen hun eigen mediagedrag benoemen.
 

Instructie docent:

De docent vraagt de leerlingen of ze zich regelmatig over nieuws informeren en zo ja of nee, waarom wel of waarom niet? Welke kanalen gebruiken ze en welke formaten spreken hen het meest aan? Gebruiken ze ook publiekrechtelijke kanalen?
 

2. Werk- en leerfase

Leerdoelen:

De leerlingen

• kennen verschillende vormen van berichtgeving.
• kunnen serieuze en minder serieuze berichten herkennen.
• kennen verschillende media van het eigen en het ander land.

Uitvoering: de leerlingen bekijken de berichten met betrekking tot lay-out en inhoud. De opdracht kan op verschillende manieren worden uitgevoerd. Afhankelijk van de versie verschilt de opdracht. De links naar de benodigde artikelen zijn onder de opdrachten te vinden. Daar zijn ook screenshots van de websites als PDF-document te vinden.

 

Versie 1

De klas wordt in twee helften gedeeld. De ene helft gaat zich bezighouden met het onderwerp AstraZeneca, de andere helft met het onderwerp Twitter hack. Binnen de helften worden groepen gevormd. Elke groep leest alle zes (zonder taalkennis drie) teksten over het onderwerp. De individuele teksten kunnen binnen de groep worden verdeeld, zodat niet alle leerlingen in een groep alle teksten lezen. Binnen de groep wordt de volgende opdracht voor alle teksten uitgevoerd.

Opdracht 1

a) Lees de artikel(en) en let op:

• Presentatie/Lay-out
• Afbeeldingen
• Stijl
• Doelgroep
• Worden lezers mogelijk beïnvloed?
• Hoe serieus denk je dat de artikelen zijn?

b) Zien jullie een verschil tussen de verschillende media en tussen de Duitse en de Nederlandse berichtgeving?

c) Welke van deze kranten/media zijn als sensatiepers te beoordelen, welke zijn serieuzer?

 

Versie 2

Indien mogelijk worden 12 groepen (zonder taalkennis 6 groepen) gemaakt. Elke groep krijgt één van de teksten toegewezen. De vergelijking vindt plaats door de opdracht te bespreken.

Opdracht 1

a) Lees de artikel(en) en let op:

• Presentatie/Lay-out
• Afbeeldingen
• Stijl
• Doelgroep
• Worden lezers mogelijk beïnvloed?
• Hoe serieus denk je dat het artikel is?

b) Deel jullie inzichten die jullie bij opdracht 1a hebben opgedaan met de klas.

c) Welke van deze kranten/media zijn als sensatiepers te beoordelen, welke zijn serieuzer?

 

Versie 3

Deze versie kan niet worden uitgevoerd zonder kennis van de andere taal.

Er worden 6 groepen gevormd. Elke groep krijgt één Duitse en één Nederlandse tekst toegewezen (3 groepen per onderwerp). Bij deze versie worden eerst de verschillen tussen de twee landen bekeken en tijdens de klassikale bespreking ten slotte de verschillen tussen de media. Het is handig om elke groep twee artikelen te geven van media die ongeveer hetzelfde niveau heeft qua serieusiteit zodat mogelijke verschillen in de berichtgeving niet als verschillen tussen de landen worden gezien.

 

Opdracht 1

a) Lees de artikel(en) en let op:

• Presentatie/Lay-out
• Afbeeldingen
• Stijl
• Doelgroep
• Worden lezers mogelijk beïnvloed?
• Hoe serieus denk je dat de artikelen zijn?

b) Zien jullie een verschil tussen de verschillende media en tussen de Duitse en de Nederlandse berichtgeving?

c) Deel jullie inzichten die jullie bij opdracht 1a hebben opgedaan met de klas.

d) Welke van deze kranten/media zijn als sensatiepers te beoordelen, welke zijn serieuzer?

---

ONDERWERP 1: AstraZeneca stop: Vanwege bijwerkingen in de vorm van trombose is in Duitsland en Nederland de vaccinatie met het coronavaccin van AstraZeneca gestopt.

1. AstraZeneca stop NL AD
2. AstraZeneca stop NL De Telegraaf
3. Astrazeneca stop NL NOS
    
4. AstraZeneca stop D Bild
5. AstraZeneca stop D mopo
6. AstraZeneca stop D Tagesschau

 

ONDERWERP 2: Twitter-hack: In juli 2020 werden de Twitter-accounts van verschillende Amerikaanse beroemdheden en politici gehackt. Als gevolg hiervan werden tweets namens hen geplaatst waarin gebruikers werden gevraagd geld over te maken.

1. Twitter hack NL AD
2. Twitter hack NL NOS
3. Twitter hack NL Volkskrant
    
4. Twitter hack D Bild 
5. Twitter hack D FAZ
6. Twitter hack D Tagesschau

 

4. Reflectie

Hier reflecteren de leerlingen op hun kenniswinst van de voltooide taken. Daartoe stelt de docent vragen om de kenniswinst te bepalen. Hier kan ook een terugkoppeling naar de introductiefase plaatsvinden en kan aan de leerlingen worden gevraagd of ze zelf meer sensatiepers of meer pretentieuze/hoogwaardige media gebruiken. Ook kan de vraag worden gesteld of leerlingen een verschil maken op het gebied van moedertaal en vreemde taal (bijvoorbeeld of ze de voorkeur geven aan eenvoudige taal/media in de vreemde taal vanwege begripsproblemen).

Er kunnen ook krantenkoppen of artikelen van andere onderwerpen of andere kranten worden getoond die de leerlingen op basis van de opmaak moeten categoriseren (serieus-sensatiepers).