Het koloniaal verleden van D en NL (ca. 1 lesuur)

Thematisch ontwerp

Aan de hand van een voorbeeld gaan de leerlingen in deze module met een actuele maatschappelijk discussie aan de slag. De omgang met het koloniale verleden van beide landen, de kritische beschouwing van dit verleden en de actuele omgang met roofkunst, monumenten of straatnamen met een koloniaal-historische referentie dienen hierbij als voorbeeld.

De leerlingen...

  • kunnen gedifferentieerd naar maatschappelijke discussies kijken aan de hand van een voorbeeld en een eigen mening formuleren.
  • kennen de problemen van het omgaan met het verleden en maatschappelijke discussies bij het omgaan met het koloniale verleden.
  • kunnen tot op zekere hoogte de verschillende standpunten benoemen van die groepen die vertegenwoordigd zijn in de discussie over het koloniale verleden.
     

 1. Voorbereiding

De docent kan de leerlingen een korte tekst met achtergrondinformatie over de koloniën van Duitsland en Nederland laten lezen ter voorbereiding van de les, mits het kennisniveau van de leerlingen dit vereist (informatieve tekst "Kolonies van Duitsland en Nederland").
 

2. Introductie

Leerdoelen:

  • De leerlingen kennen de problemen van het omgaan met het verleden en maatschappelijke discussies bij het omgaan met het koloniale verleden, roofkunst, etc.
     

Instructie docent:

Indien de tekst "Kolonies van Duitsland en Nederland" ter voorbereiding op de les werd gelezen, kan de docent hier op aansluiten en de tekst met de klas bespreken. 

Indien de leerlingen naar het oordeel van de docent al voldoende achtergrondkennis hadden, kan de docent de leerlingen vragen hoeveel omstreden kunst die als roofkunst kan worden aangemerkt, in Duitse en/of Nederlandse musea is opgeslagen.

NL: enkele honderdduizenden objecten [bron: Trouw]

D: alleen al in de zogenaamde "volkenkundige musea" rond een miljoen [bron: Welt]
 

3. Werk- en leerfase

Uitvoering:

De leerlingen analyseren onderstaande teksten met betrekking tot de vraag hoe met de koloniale erfenis van Duitsland of Nederland moet worden omgegaan. De leerlingen kunnen zelfstandig, in tweetallen of in een groep werken, zodat één leerling niet alle teksten hoeft te lezen. De klas kan dan in groepen werken, waarbij elke leerling binnen de groep een andere tekst heeft geanalyseerd en de informatie uit elk artikel verzamelt.

Opdracht

Leerdoelen:
 

  • De leerlingen kunnen gedifferentieerd naar maatschappelijke discussies kijken aan de hand van een voorbeeld en een eigen mening formuleren.
  • De leerlingen kunnen tot op zekere hoogte de verschillende standpunten benoemen van die groepen die vertegenwoordigd zijn in de discussie over het koloniale verleden.

 

Lees de tekst(en) en voer de volgende opdrachten uit:

a) Benoem welke benaderingen of procedures met de koloniale erfenis in Duitsland en/of Nederland in het artikel worden weergegeven en beschrijf deze.

b) Verzamel de resultaten plenair en categoriseer deze op het bord. Geef dan jullie persoonlijke mening over het onderwerp.
Welke benadering is volgens jullie het meest geschikt?
Onderbouw jullie mening.
 

4. Reflectie

Hier reflecteren de leerlingen op de kennis die is opgedaan met de opdrachten die zij hebben gemaakt. Er wordt gekeken of de leerdoelen zijn behaald.

  • De docent kan bijvoorbeeld nog vragen stellen of de leerlingen stof tot nadenken geven waar zij commentaar op moeten geven.
  • De docent kan de leerlingen ook vragen om de les en de verschillende benaderingen mondeling samenvatten.